De merinowollen truitjes en vestjes vliegen momenteel over de toonbank (figuurlijk dan hè, want wij hebben als webshop geen toonbank). Heel fijn natuurlijk, maar om de staat van deze dierbare cover-ups hoog te houden, moet de eigenaar een goede discipline hebben.

En de eigenaar ben jij, dusss...

Dus tijd voor een stevig onderonsje. We krijgen regelmatig vragen hoe je wol moet wassen en onderhouden. Toch wel 1x per maand stuurt iemand een mailtje met de vraag hoe ze het mooie wollen item weer in vorm kunnen krijgen.

Lastige vraag. Want wollen kleding in topconditie houden, vraagt een beetje tender love & care vooraf, niet om vijf over twaalf. Dat is niet moeilijk – integendeel – maar er zijn wel een aantal regels waar je je aan dient te houden voor het beste resultaat.

Geen paniek, we praten je er doorheen met als eerste... maar hieronder eerst in het kort en daarna leggen we het uitgebreid voor je uit.

DE REGELS IN HET KORT

• Niet wassen! Alleen als je er echt op staat.
• Niet warmer dan 30º wassen. Temperaturen hoger dan 30º zijn namelijk een no-no!
• Gebruik alleen het WOLWAS programma op je wasmachine (dus niet het normale 30º programma).
• Niet hoger dan 600 toeren centrifugeren. 
• !!! LET OP: Bij veel wasmachines staat het toerental voor het wolwasprogramma standaard te hoog, dus controleer dit.
• Een normaal wasmiddel én wasverzachter zijn een no-no.
• (In)weken is een no-no.
• Wassen is eigenlijk ook een no-no, maar een keertje mag natuurlijk altijd.

Maar wat als je vent een no-no is? Er zijn klanten die ons melden dat manlief de was gedaan heeft, met catastrofale gevolgen voor hun favoriete wollen trui. Gevolgd door een schokkend-laconiek ‘dan koop je toch nieuwe trui’. Dan mag je natuurlijk met alle liefde je vent ons webadres geven. Wij regelen met hem de rest :-).

1Gij zult uw wollen kledingstuk niet wassen. (verderop meer hierover)

2Gij die wel haar wollen kledingstuk wast, zal dit niet wassen op meer dan 30 graden.

3Gij die wel haar wollen kledingstuk wast, zal daarvoor niet het normale 30 graden programma van de wasmachine gebruiken.

4Gij zult uw wollen kledingstuk niet hoger dan 600 toeren laten centrifugeren.

5Gij zult geen wasverzachter gebruiken voor uw wollen kledingstuk.

6Gij die haar wollen kledingstuk met de hand wast, zal dit alleen in lauwwarm water doen.

7Gij zult uw wollen kledingstuk niet laten weken.

8Gij zult uw wollen kledingstuk niet uitwringen.

9Gij zult uw wollen kledingstuk niet aan knijpers of aan een hangertje laten drogen.

10Gij zult niet aan de pluisjes van uw wollen kledingstuk trekken, maar er een speciale pluizenkam voor gebruiken.

Eigenlijk hebben we nog een nummer elf, maar die is zo voor de hand liggend, dat we deze eigenlijk niet hoeven te benoemen. Ok, voorruit dan.

11Gij zult uw wollen kledingstuk niet in de droger gooien. Dûh.

IN DEN BEGINNE...

In den beginne is er wol, en om de nukken en grillen van wol te leren begrijpen, moet je wol eerst wat beter leren kennen. (Zo werkt dat ook met mensen ;-))

• De wolvezel (biologisch bekeken is wol eigenlijk haar, maar de gangbare term is vezel) is geschubd. Dat betekent dat het oppervlak niet glad is, maar bestaat uit elkaar overlappende ‘klepjes’, een soort weerhaakjes. De vezel zelf is ook nog eens gekroesd. Daarmee hebben we meteen de reden te pakken waarom wol aangenaam warm is om te dragen: tussen al die minuscule openingetjes wordt lucht vastgehouden die dezelfde temperatuur aanneemt als de omgeving. In het geval van een wollen kledingstuk: Jouw lichaamswarmte dus.
• Wol bevat wolvet, het zogenoemde lanoline. Dat eigen vetlaagje zorgt ervoor dat wol andersoortig vuil en vet afstoot en zelfs vocht weert. Ook is het antibacterieel: Als wol licht vochtig wordt verandert de lanoline in lanoline-zeep die bacteriën verdrijft. Wol reinigt zichzelf dus.
• Wol is een 100% natuurlijk product, dat – mits het niet met andere vezels/grondstoffen wordt vermengd –binnen een jaar wordt afgebroken als het aan de natuur wordt ‘teruggegeven’. Synthetica doet daar tot wel 40 jaar over! Niet dat je je trui op de composthoop gaat gooien, maar we willen het je toch even meegeven.

TOCH WASSEN?

Stel je wollen kleding kan wel een opfris beurtje gebruiken, bijvoorbeeld om dat er echte vlekken in zitten.

Maar je durft niet.

Want je bent bang voor het grootste doemscenario: De wollen trui wordt maat ‘washandje’. Of babytruitje, tekkel-vestje, eierwarmer….. vul zelf maar een toepasselijke benaming in.

En nu? Het wassen kan zeker wel, maar hieronder de boosdoeners van ongewenste krimp, en hoe ze uit de weg te gaan. De tips & tricks hoe je de wasbeurt van dierbare wolletjes zo lang mogelijk uitstelt, zielige verlepte wolletjes weer opfleurt, en gezonde wolletjes veilig opbergt voor future-use.

1Niet wassen

Alleen als je er op staat. Wa-hat? Jawel, je leest het goed! Wol gedijt prima als je het een paar uurtjes buiten te luchten hangt. Buiten hangen in de mist, of in de post-douche (stoom is ook mist) badkamer doet ook wonderen. Sprayen met water waaraan je een paar druppels biologische/etherische olie hebt toegevoegd is ook een goed idee. De geurtjes verdwijnen als sneeuw voor de zon.

Hoe zit dat dan? Wol is van nature anti-bacterieel, muffe luchtjes bevinden zich niet in de vezel maar in de lucht tussen de vezels. Natuurlijk mag je het echt wel eens wassen, maar het liefst zo weinig mogelijk. Afgesproken?

Hieronder een reactie van één van onze lieve klanten over deze topic. Zegt genoeg toch?

2Nooit warmer dan 30º wassen

Wol was je op max 30º Celsius, anders krimpt je kledingstuk. De kroezende vezel krult zich nog verder op, het breisel wordt compacter en dus kleiner.

En dit is onomkeerbaar :-(

3Alleen het wolwasprogramma

Gebruik alleen het wolwasprogramma op je wasmachine. De wasmachinefabrikanten hebben dat namelijk niet voor de lol op je wasmachine gezet ;-)

Een wolwasprogramma warmt namelijk langzaam op naar 30º zodat de wol geleidelijk aan de temperatuur went en niet meteen in een spiraalpermanentje springt. Jij doopt toch ook eerst je grote teen in het hete badwater voordat je kopje onder gaat?

Ook de wasmiddel-toevoer verloopt geleidelijker (over het juiste wasmiddel later meer).

Wat wel even belangrijk is, zijn de instellingen van je wolwasprogramma. Deze staan namelijk niet standaard goed. Dus check voor de zekerheid het volgende, want meten is weten:

• Het aantal toeren van het centrifugeren. Deze staat standaard te hoog. Zorg dat deze op maximaal 600 toeren staat ingesteld.
  
• De temperatuur van het wassen én spoelen. Deze moet namelijk hetzelfde zijn ( dat hoort namelijk zo te zijn bij een wolwasprogramma).
  

4Maximaal 600 toeren

Wol centrifugeer je op max 600 toeren. De kroezende geschubde vezels hebben de neiging in elkaar te haken dus hoe minder wrijving, hoe beter. Als jij je haar met poep-chique shampoo wast en pampert met een prijzige conditioner ga je vervolgens toch ook niet als een lunatic tekeer met die handdoek? Dan krijg je namelijk klitten: Het menselijke equivalent van vervilte wol.

600

5Geen wasverzachter

Nee. Niet. Nooit. Wasverzachter laat een filmpje achter waardoor wol z’n positieve eigenschappen niet ten volle kan inzetten. Zonde van al het werk van die lieve schaapjes.

EEN SPECIAAL WOLWASMIDDEL

Als je hebt opgelet, weet je wat lanoline is. Lanoline weert vuil en houdt de vezel soepel. Lanoline wil je dus te vriend houden. Speciaal wolwasmiddel laat lanoline intact, er zijn zelfs wolwasmiddelen waar lanoline aan is toegevoegd zodat je je schraal geworden wollen kleding weer van een extra portie lanoline voorziet. Reguliere wasmiddelen bevatten soms bleek, en vrijwel altijd parfum: beiden zijn te agressief voor de wolvezel en maken je kleding hard en stug. Wolwasmiddel schuimt ook meer dan gewoon wasmiddel, waardoor er minder wrijving ontstaat tijdens het wassen. Wist je niet hè?

6Handwasje?

Een handwasje lijkt veiliger, maar is het niet per sé. Tenzij je een thermometer in het water hangt, want 30º voelt verrassend koel aan dus je bent al snel geneigd er nog wat heet water bij te doen. Bovendien voorkom je met een handwasje niet eerdergenoemd schrikeffect.

7Niet weken

Laten weken mag ook niet, dat verzwakt de vezel onnodig. Alsof je een baby in bad doet: niet te heet, en niet even snel tussendoor je moeder/nicht/vriendin bellen om bij te beppen want dat loopt altijd uit de klauwen qua tijd en dan verdrinkt je kind wolletje.

8Niet uitwringen & niet in de droger

En denk nu niet dat je natte wol kunt out-smarten door het met de hand uit te wringen: dat is niet alleen slecht voor de wolvezel maar ook voor de pasvorm van je kledingstuk.

Dat ook de droger een no-no is, hoeven we hier vast niet aan toe te voegen. Toch wel? De droger is een no-noooo.

9Niet ophangen

Natte kleding is zwaarder dan droge kleding. Als je een kledingstuk nat ophangt, kan het uitrekken. En als de breedte of vorm van je kledinghanger niet correspondeert met de schoudervorm van je wollen trui, loop je er straks bij alsof je vergeten bent de hanger eruit te halen. Not a good look.

Leg je wollen kledingstuk plat op een wasrek – liefst met een handdoek eronder. Leg een witte trui niet op een rode handdoek, want dan wordt je trui... ja, rood. Dit laatste was een minder leuke ervaring van een klant.

Je kan je wollen item ook op een speciaal droogrek, gemaakt van gaas en heet een droognet, drogen. Niet dat iemand zo'n ding heeft, maar we hebben het hier over de crème de la crème van drogen.

Anyway, dan komt er aan alle kanten lucht bij en droogt het sneller. Als textiel te lang nat blijft kan het gaan ruiken. Eau-de-natte-hond.

10Ontpluizen

Wol pilt makkelijker dan andere textielsoorten, dat komt o.a. door de ‘open’ structuur waar we je eerder over vertelden. Pillen is eigenlijk plaatselijk vervilten, en dat ontstaat door wrijving. Dus draag niet telkens je schoudertas over je wollen trui of vest, en werk niet met je ellenbogen ;-)

Pillen verwijder je met een speciale PLEIN PUBLIQUE pluizenkam of – als je trui dun en glad is, en jijzelf een akelig vaste hand hebt – met een scheermesje. Niet plukken en pulken, dan trek je alleen maar meer vezels uit het garen.

DE EXTRA'S

Was wol ruimtelijk met wol

Zoals eerder vermeld: hoe meer wrijving, hoe meer kans op vervilting. Wol heeft een beetje ruimte voor zichzelf nodig, gun het dat dan ook. Dus niet te veel in 1 machine proppen, geen zware items zoals spijkerbroeken mee-wassen, en geen artikelen met scherpe randen zoals ritsen of metalen knopen.

Wol is een beetje eenkennig: was het bij voorkeur alleen samen met wol.

Strijken na het drogen

Als wol nat is geweest, springen de vezels terug in hun oorspronkelijke kroezende staat. Dan lijkt het of je kledingstuk gekrompen is, maar dat is niet onherstelbaar. Als je het strijkt op de wolstand kun je de boel weer een beetje ‘oprekken’. Leg het eerst zorgvuldig (plat) in de gewenste vorm, oefen niet teveel druk uit, en voeg een klein beetje stoom toe. Dan even laten rusten zodat het afkoelt, dan fixeer je de gewenste vorm. Laat de boorden met rust, die wil je juist niet fixeren maar zo elastisch mogelijk houden.

Mottengaatjes

Er wordt niet altijd meer rekening mee gehouden, maar motten komen nog steeds voor in onze kledingkast. Je ziet ze niet, alleen door de gaatjes in jouw wollen kledingstukken.

We adviseren om mottenballen te plaatsen en deze elke ca. 3 maanden te vervangen voor een optimale werking. Op deze manier kun je ervoor zorgen dat in de kleding jouw kledingkast niet aangetast wordt.

Nou, poeh poeh, dat was toch wel weer een heel verhaal. Maar: zoals beloofd was het geen moeilijk verhaal. Wol wassen is geen rocket science, maar je moet wel even je koppie erbij houden. Als je wol met liefde behandelt dan krijg je er heel veel liefde – en warmte - voor terug.

Psst, nu je hier toch bent: kijk vooral even naar onze mooie merinowollen item.